Bea Schouten voerde het woord over het programma klimaatadaptatie: de mate waarin we de omgeving kunnen aanpassen aan klimaatverandering. Een lastig onderwerp en een belangrijk onderwerp. Het CDA heeft zich hierbij hard gemaakt voor meer concrete maatregelen, inzicht in het grondwatergebruik en een regiobenadering voor de Veluwe en Rivierenland. Hieronder een weergave van de bijdrage van Bea.
De CDA fractie ziet het gevoel van urgentie in het programma klimaatadaptatie, bijvoorbeeld als het gaat om droogte in de natuur, maar ook binnenstedelijk. Klimaatadaptatie is een ingewikkeld onderwerp, het raakt veel beleidsterreinen en er zijn geen makkelijke oplossingen. CDA leest in het programma veel omschrijvingen van processen, maar het wordt te weinig concreet. De droogteaanpak in de Achterhoek die we onlangs gepresenteerd kregen is wel een mooi concreet voorbeeld. Daarin is sprake van een gebiedsgerichte benadering waarbij op een aantal sporen geprobeerd wordt concreetheid te brengen.
CDA ziet als concrete punten:
Neem concrete maatregelen in steden
Stedelijke omgeving: daar kun je meer doen aan concreetheid. Daar helpt regelgeving, bijvoorbeeld over hoeveel groen er moet zijn., afkoppelen riolen, consumentenbewustwording als regentonnenactie. Daar hebben we gemeentes voor nodig. Maar wij hebben ook invloed.
Onderzoek het grondwatergebruik
Bea Schouten: Wij willen graag een onderzoek of dat GS gaat nadenken hoe het gaat met grondwatergebruik met name van grootverbruikers en van consumenten. Veel mensen hebben grondwaterpunten. Hoeveel nemen we af, kunnen we daar op besparen? Dat soort vragen willen wij inzicht in krijgen.
Kom snel met regionale benaderingen
Wij denk dat minimaal ook van Veluwe en Rivierenland er zo’n concreet gebiedsplan moet komen. En door de urgentie moet dat niet te lang duren. Wij denken aan volgend jaar.
Foto: droogte bij de uiterwaarden in de zomer 2019 (foto van Bea Schouten)